Na de gemiste kans van vorige week toen de rit letterlijk in het water viel vandaag een herkansing voor de wegkapitein. Het weer was in elk geval een stuk beter dan 7 dagen geleden en voor ondergetekende (mede door de oproep van Ger T.) reden om na een wel hele “lange winterslaap” de fiets maar eens op te stappen. terwijl groep 1 het rijk van Nijmegen aan het opzoeken was stonden (of beter gezegd zaten) er om 8 uur 4 velo leden op het vertrekpunt om een rit van zo’n 90 km te gaan maken.
Al snel was duidelijk welke kant er uit gereden zou gaan worden en daarmee was de wegkapitein dan ook meteen bepaald. Hij had ook nog niet zoveel gedaan dit seizoen binnen de vereniging. Een rit welke door hem op Hemelvaartsdag jl. reeds was verkend werd hem in vertrouwen gegeven door de overige drie en zo vertrok het kwartet richting America. De sporen van het mega piratenfestijn waren hier nog duidelijk zichtbaar langs en op de weg.
Met een frisse zijwind werd er in noordelijke richting gekoerst. Ter hoogte van Westerbeek dook een laagvliegende buizerd op, die al snel zag dat hij geen kans van slagen had om het helmdragende viertal hun hoofden toe te takelen en daarmee ook snel weer tussen de bomen wegdook. Een prachtig dier zo van dichtbij. Er was dus tijd om ook van het mooie natuurschoon te genieten. Via Oploo en St. Anthonis vervolgden we de strakke weg naar het maasdorp Sambeek. Hier kozen we de route langs de stuw en het veerpond wat naar Bergen voert.
Langs de maas met de prachtige meidoorn hagen daalden we weer in zuidelijk richting huis. Uiteraard werd er de tijd genomen voor een kopje koffie met voor Willy een appelgebak (of was het nou appeltaart) wat door een leuke serveerster buiten op het terras in het groen voorgeschoteld werd. Toen we weer bijgepraat waren zette we koers richting Maashees. Uiteraard ook dit keer weer langs de rustige maas waar nog niet veel toerisme te bekennen was en Via Geijsteren en Wanssum langs tante Jet daalden we met ons dreamteam af naar Grubbenvorst waar we Willy bijna letterlijk thuis afgezet hebben.
Met de nog drie overgebleven renners werd het laatste stukje (met nog flinke tegenwind) ingezet en al snel nam ook Hans afscheid om richting Horst zijn weg te vervolgen. Ton en ondergetekende zijn hierna nog in een pittig tempo naar Sevenum gereden. Net daarbuiten wisten we Jos J. nog op te pakken en reden hierna rond de klok van 11.45 uur ons eigen dorp binnen. Ondanks de “lange winterslaap” kon ik constateren dat ik het fietsen nog niet verleerd had en dat de twijfels van 2 weken geleden van enkele veloleden onterecht waren. Een pittige tocht met een behoorlijke dosis sociaal karakter door 4 echte velotoppers kan wederom in archief worden bijgeschreven.
Groeten Huub